Landmark2D-instellingen bepalen

De 2D-weergave heeft betrekking op het symbool voor de boom en de stam en bepaalt ook de kenmerken van de waardering, de primaire zone, de kritische zone en de beschermingszones van de bestaande boom. Je kan aangeven voor welke objecten deze instellingen gelden. Het is ook mogelijk de 2D-eigenschappen in te stellen als de standaard voor de tekening. Op deze wijze beheers je het 2D-uitzicht van alle bestaande bomen op de laag of in de tekening in slechts één bewerking.

ExistTree_2Dex.png

Het is aangeraden klassen te gebruiken voor de waarderingskleuren, het wortelstelsel en de beschermingszone. Zo kan je de zichtbaarheid van deze elementen gemakkelijk regelen. Zie Concept: Klassen overzicht.

Symbolen voor bestaande bomen vind je in de bibliotheek. Een symbool dat je selecteert, wordt automatisch geïmporteerd in het huidige bestand en kan je terugvinden in Hulpbronnenbeheer. De hulpbronnen in het bestand Bestaande boom - Symbolen.vwx zijn beschikbaar in het dialoogvenster ‘2D-instellingen’.

Het 2D-uitzicht van de bestaande boom instellen:

Klik in het Infopalet van een geselecteerde bestaande boom op de knop 2D-instellingen. OF dubbelklik op de bestaande boom. Het dialoogvenster ‘2D-instellingen’ wordt geopend. Stel hier de parameters in.

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Gebruik 2D-symbolen

Vink deze optie aan om 2D-symbolen te gebruiken voor de weergave van de boom. Deze symbolen worden enkel weergegeven als je de overeenstemmende Actie/opmerking hebt bepaald in het dialoogvenster.

Behouden

Selecteer welk symbool je wilt gebruiken voor de te behouden bomen (de overeenstemmende Actie/opmerking in het Infopalet is ‘Behouden’).

Verwijderen

Selecteer welk symbool je wilt gebruiken voor de te verwijderen bomen (de overeenstemmende Actie/opmerking in het Infopalet is ‘Verwijderen’).

Stam

Selecteer welk symbool je wilt gebruiken voor de stam (van zowel te behouden als te verwijderen bomen).

Verplanten

Selecteer welk symbool je wilt gebruiken voor de weergave van de originele locatie van een te verplanten boom (de overeenstemmende Actie/opmerking in het infopalet is ‘Verplanten - originele locatie’); selecteer welk symbool je wilt gebruiken voor de weergave van de nieuwe locatie van een te verplanten boom (de overeenstemmende Actie/opmerking in het Infopalet is ‘Verplanten - nieuwe locatie’). Selecteer welk symbool je wilt gebruiken voor de stam (van bomen op zowel de originele als nieuwe locatie).

Gebruik kleuren waardering

Vink deze optie aan om kleuren te koppelen aan de waarderingen en zo het belang van de verschillende bomen op het terrein visueel voor te stellen. Welke kleur wordt gebruikt hangt af van de toegekende Waardering in het Infopalet.

Kleurenlijsten waarding

Selecteer een kleur voor elke waarde. Zie Kleuren aanbrengen voor meer informatie over kleuren.

Weergave

Geef aan waar de kleur van de waardering getoond moet worden.

Gebruik in complexe plannen met meerdere bomen de waarderingskleur voor de vulling van de boom. Dit helpt bij het onderscheiden van de verschillende waarderingscategorieën in dichtbeboste gebieden.

Klasse

Selecteer een bestaande klasse om de weergave en zichtbaarheid van de waarderingsaanduidingen te bepalen. Door middel van de klasse regel je alle kenmerken van de aanduiding, behalve de kleur van de vulling (de kleuren die je bij de 2D-instellingen kiest, vervangen de klasse-instellingen).

Kenmerken wortelstelsel

Bepaal de kenmerken voor de 2D-weergave van de primaire en de kritische zone van het wortelstelsel. Om deze kenmerken in de tekening toe te passen moet je de weergave van beide zones via het infopalet inschakelen.

Kleur lijn / lijnstijl primaire zone

Selecteer de kleur en stijl waarmee je de lijn van de primaire zone wilt weergeven.

Kleur / lijnstijl kritische zone

Selecteer de kleur en stijl waarmee je de lijn van de kritische zone wilt weergeven.

Klasse

Selecteer een bestaande klasse om de weergave en zichtbaarheid van de aanduidingen van het wortelstelsel te bepalen. De lijnkenmerken die je hier kiest, vervangen de klasse-instellingen.

Kenmerken boombescherming

Bepaal de lijnkleur en -stijl voor de 2D-weergave van de beschermingszone. Om deze kenmerken in de tekening toe te passen moet je de weergave van de beschermingszone via het infopalet inschakelen.

Kleur lijn / lijnstijl

Selecteer de kleur en stijl waarmee je de lijn van de beschermingszone weer te geven.

Klasse

Selecteer een bestaande klasse om de weergave en zichtbaarheid van de aanduiding van de beschermingszone te bepalen. De lijnkenmerken die je hier kiest, vervangen de klasse-instellingen.

Toepassen op

De 2D-instellingen kunnen toegepast worden op een enkele boom of op alle/de geselecteerde bomen van de laag of tekening. Het is ook mogelijk om de opgegeven instellingen als standaard voor nieuwe bomen te gebruiken.

Keuzelijst

Selecteer op welke objecten je de instellingen wilt toepassen.

Naar dit object: Pas de eigenschappen enkel toe op de huidig geselecteerde bestaande boom.

Naar alle objecten op alle lagen Pas de aangevinkte eigenschappen bij Toe te passen instellingen toe op alle bestaande bomen in de tekening.

Naar alle objecten op actieve laag: Pas de eigenschappen toe toe te op alle bestaande bomen in de huidige laag.

Naar alle geselecteerde objecten op alle lagen: Pas de eigenschappen toe op Select bestaande bomen in de tekening.

Naar alle geselecteerde objecten op actieve lagen Pas de aangevinkte eigenschappen bij Toe te passen instellingen toe op Select bestaande bomen in de huidige laag.

Voor nieuwe objecten in dit document

Vink deze optie aan om de instellingen op alle toekomstige bestaande bomen in het actieve document toe te passen. Indien je de 3D-instellingen aanvaard door op OK te klikken, zullen bestaande bomen die je plaatst deze eigenschappen gebruiken.

Toe te passen instellingen

Wanneer je de 2D-instellingen op meerdere objecten wilt toepassen, kan je hier aanduiden om welke instellingen het precies gaat.

Sommige 2D-instellingen worden bepaald door de geselecteerde opties in het Infopalet voor elke bestaande boom en worden niet onmiddellijk toegepast. Bijvoorbeeld, het symbool geselecteerd voor Verwijderen wordt niet weergegeven tenzij de optie ‘Verwijderen’ geselecteerd is als Actie/opmerking voor de boom.

De symbolen voor behouden en verwijderde bomen gebruiken voor de hoogte en de diameter van de kruin de waarden opgegeven in het Infopalet. De originele en voorgestelde symbolen voor verplante bomen gebruiken de waarde van de parameter Diameter borsthoogte.

Bestaande bomen documenteren

Kleuren aanbrengen

Heb je niet gevonden wat je zocht? Stel je vraag aan Dex, onze virtuele assistent.