Standaarden op maat creëren
Naast de standaardnaamgevingssystemen van Vectorworks, zoals VW Arch, kan je ook je eigen standaarden op maat creëren. Initieel bevat de lijst drie standaarden op maat die je kan aanpassen (User 1, User 2 en User 3) maar het is mogelijk om deze lijst tot wel 99 standaarden voor lagen, klassen, zcihtvensters en bewaarde tekenzones uit te breiden. Dit doe je door de rekenbladen ClassNameStds, LayerNameStds en ViewNameStds te bewerken. Zie Concept: Rekenblad overzicht.
Om een standaardnaamgevingssysteem op maat te creëren via een rekenblad:
Voor een nieuw bestand ga je naar Bestand > Instellingen Document > Gebruik standaardnamen.
Het dialoogvenster ‘Gebruik standaardnamen’ wordt geopend.
Verander niets en klik op OK.
Er worden drie rekenbladen in het bestand aangemaakt die je kan terugvinden in het Hulpbronnenbeheer: ClassNameStds, LayerNameStds en ViewNameStds.
Klik in het Hulpbronnenbeheer met rechts op een van de rekenbladen en selecteer Open in het contextmenu.
De bewerkbare versie van het rekenblad wordt geopend.
Selecteer kolom D (User 1) en ga in het rekenbladmenu naar Voeg in > Kolommen. Er wordt een nieuwe kolom links van de geselecteerde kolom toegevoegd. Nieuwe kolommen moeten steeds rechts van de kolom AIA/NCS worden toegevoegd en links van de kolom Description of Pen Color.
Geef een naam op in cel D1. Dit wordt de naam van de nieuwe standaard.
Geef een nieuwe standaardnaam op voor elke cel onder D1.
Cellen die je leeg laat in het rekenblad ClassNameStds zullen worden omgezet naar de klasse “Geen”. Cellen die je leeg laat in het rekenblad LayerNameStds zullen worden omgezet naar de laag “Laag-Geen”. Lege cellen zijn niet toegelaten in het rekenblad ViewNameStds. Als je een rekenblad met lege cellen probeert te gebruiken in het standaardnaamgevingssysteem, krijg je een foutmelding van Vectorworks.
De nieuwe standaard wordt weergegeven in het dialoogvenster ‘Gebruik standaardnamen’.
Om deze namen ook in andere bestanden te gebruiken, bewaar je het bestand als een sjabloon voor nieuwe tekeningen of importeer je elk van de drie rekenbladen in het volgende bestand voordat je het commando Gebruik standaardnamen uitvoert.
Grove en fijne standaarden op maat
Wanneer je een standaardnaamgevingssysteem op maat creëert, is het mogelijk om de lijst met standaardnamen in te korten of net uit te breiden.
Een ingekorte lijst betekent dat twee of meer namen uit de referentiestandaard omgezet worden naar eenzelfde naam in de actieve standaard. Dit proces, behalve het automatisch omzetten, kan achteraf niet worden hersteld.
Bijvoorbeeld: de klassen Area-Main, Area-Patterns en Area-Spec kunnen worden omgezet naar één klasse genaamd Areas. Alle objecten uit de originele drie klassen worden toegewezen aan Areas.
Wannneer je standaardnaamgevingssysteem klaar is, controleert Vectorworks of er bijkomende aanpassingen nodig zijn zoals het samenvoegen van klassenamen om duplicaten te voorkomen.
Bij een uitgebreide standaard wordt de naam van één klasse, laag, zichtvenster of bewaarde tekenzone omgezet naar meerdere namen. Deze omzetting vereist extra instellingen in het dialoogvenster ‘Standaardnamen - omzetting’, dat hierna wordt geopend.
Bijvoorbeeld: de laag A-FP# in de AIA-standaard komt overeen met twee lagen in Vectorworks Architectuur: Mod-Floor-# en Mod-Slab-#. Als je de lagen van de AIA-standaard naar de VWArch-standaard wilt omzetten, selecteer je de laag A-FP# in de linkerlijst en de laag waarnaar je wilt omzetten in de rechterlijst.
Alle objecten op de laag A-FP# worden toegewezen aan de laag Mod-Floor-#. Lagen zonder omzetting worden niet aangemaakt.
Heb je niet gevonden wat je zocht? Stel je vraag aan Dex, onze virtuele assistent.