Publieksopstellingen bewerken
Commando |
Pad |
Bewerk omtrek |
Contextmenu |
Om de omtrek van de publieksopstelling te veranderen:
Selecteer het commando.
De objectbewerkmodus wordt geactiveerd.
Bewerk manueel de controlepunten op de omtrek en gebruik andere gereedschappen en commando’s, zoals de gereedschappen en en de commando’s voor het bewerken van de vlakken van 2D-objecten. Zie Vlakken van 2D-objecten bewerken.
Wanneer je de bewerkingsmodus van het object afsluit, selecteer je of je de publieksopstelling opnieuw wilt vullen wanneer de omtrek wijzigingen zijn aangebracht, of dat je de wijzigingen wilt negeren.
Of: gebruik het gereedschap Vervorm object om de omtrek aan te passen (zie Objecten vervormen).
De meeste, maar niet alle, parameters kunnen bewerkt worden vanuit zowel het dialoogvenster Instellingen structuurelementen als het Infopalet. De parameters in het Infopalet hebben gelijkaardige namen als die in de standaardinstellingen van het gereedschap en staan min of meer in dezelfde volgorde. Een omschrijving van alle parameters voor publieksopstellingen vindt u in Publieksopstellingen creëren. Enkel de parameters die verschillen, worden hier besproken.
Sommige parameterwijzigingen vereisen dat de publieksopstelling opnieuw wordt gevuld, waardoor alle aangepaste zitplaatsbewerkingen worden verwijderd. Je wordt gevraagd om de actie te bevestigen.
Klik om de velden te tonen/te verbergen.Klik om de velden te tonen/te verbergen.
Instellingen |
Omschrijving |
Type opstelling |
In dit statisch veld wordt het type opstelling weergegeven. U kunt deze parameter wijzigen in het dialoogvenster ‘Instellingen publieksopstelling’ (zie Instellingen publieksopstelling:) |
Opstelling steeds hertekenen |
Hertekent de publieksopstelling voor elke wijziging die wordt gemaakt in het Infopalet; het selecteren van deze optie kan aanzienlijke computerbronnen gebruiken en de bewerkingen vertragen. Als deze optie niet is geselecteerd, kun je op Bijwerken klikken om de opstelling naar wens opnieuw te tekenen. |
Toon omtrek |
Toont de omtrek van de publieksopstelling |
Toon info opstelling |
Selecteer voor een statische weergave van het aantal stoelen/tafels, het maximum/minimum aantal tafels/stoelen per rij en het maximum aantal rijen; als deze optie niet is geselecteerd, worden de gegevens niet weergegeven |
Toon focuslijn |
Geef de focuslijn van de publieksopstelling weer met drie controlepunten die het gemakkelijker maken om de oriëntatie van de zitplaatsen, de hoek/radius, te visualiseren en te regelen. Het eindpunt zonder pijl regelt de hoek van rechte zitplaatsen of de radiaal van gebogen zitplaatsen. Het eindpunt met een pijl bepaalt het focuspunt van de zitplaatsen. Het middelpunt wordt gebruikt om de lijn te verplaatsen. |
Bijwerken |
Als Opstelling steeds hertekenen niet is geselecteerd, klik dan om de publieksopstelling opnieuw te tekenen |
Instellingen |
Klik op deze knop om de instellingen van de publieksopstelling te bewerken en het object te hertekenen. Het dialoogvenster ‘Instellingen publieksopstelling’ wordt geopend (zie Publieksopstellingen creëren) |
Zitplaatsen bewerken |
Klik voor Individuele zitplaatsen bewerken |
Zichtbaarheid per klasse |
Met deze knop opent u het dialoogvenster Instellingen publieksopstelling: Categorie klassen . Hier kunt u klassen toekennen aan de verschillende onderdelen van de publieksopstelling. Merk op: andere instellingencategorieën zijn niet beschikbaar en de volledige publieksopstelling wordt niet hertekend. |
Instellingen controlepunten |
Dit zijn de parameters waarmee je de controlepunten op het pad van de publieksopstelling bewerkt; zie Controlepunten van objecten aanpassen |
Apparatuur subonderdelen |
Lijst van de subonderdelen waaruit het object bestaat. Deze subonderdelen worden apart geteld en gerapporteerd in apparatuur- en inventarislijsten. De parameters moeten geselecteerd zijn voor weergave voor dit soort object in Spotlight preferences: Inventory pane. |
Apparatuur virtuele onderdelen |
Virtuele onderdelen worden gekoppeld met een objectn en worden gerapporteerd in apparatuur- en inventarislijsten, maar worden niet weergegeven in de tekening Na het toevoegen van virtuele onderdelen worden ze opgelijst in het infopalet. |
Bewerk virtuele onderdelen |
Opent het dialoogvenster Virtuele onderdelen om virtuele onderdelen toe te voegen aan het object; zie Managing virtual parts and independent virtual parts |
Hulpbronnen toekennen |
Opent het dialoogvenster Ken hulpbronnen toe om een inventarisbron toe te kennen aan het object, de subonderdelen en de virtuele onderdelen. Assigning equipment to an inventory |
Individuele zitplaatsen bewerken
Commando |
Pad |
Zitplaatsen bewerken |
Contextmenu |
Om de laatste aangepaste bewerkingen aan individuele zitplaatsen of sets van zitplaatsen uit te voeren:
Klik met de rechtermuisknop op het zitgedeelte en selecteer het commando.
Je kunt ook dubbelklikken op het object van de stoelsectie of klikken op Bewerk zitplaatsen in het Infopalet.
De objectbewerkmodus wordt geactiveerd. Je kunt zitplaatsen toevoegen of verwijderen, de hoek van individuele zitplaatsen veranderen of de grootte van de vloer wijzigen.
Wanneer je de bewerkingsmodus van het object afsluit, selecteer je of je de publieksopstelling opnieuw wilt vullen wanneer de zitplaatsen gewijzigd zijn, of dat je de wijzigingen wilt negeren.
Individuele zitplaatsen opnieuw nummeren
Commando |
Pad |
Nummer zitplaatsen |
Contextmenu |
Om alleen geselecteerde zitplaatsen binnen de publieksopstelling te hernummeren:
Klik met de rechtermuisknop op het zitgedeelte en selecteer het commando.
Het dialoogvenster Nummer zitplaatsen wordt geopend.
Geef de parameters voor de nieuwe zitplaats en het rijnummer op.
De bewerkingsmodus voor objecten wordt geopend.
Selecteer individuele zitplaatsen in de volgorde waarin je ze wilt nummeren, en klik vervolgens in een leeg deel van de tekening om de nummering te beëindigen.
Niet gevonden wat je zocht? Vraag het aan onze virtuele assistent Dex.