Afvoerpunten toevoegen
Methode |
Gereedschap |
Gereedschappenset |
Creëer afvoerpunt
|
Afvloeiing plaat |
Architectuur |
Om afvoerpunten aan een plaat toe te voegen:
Selecteer de plaat.
Activeer het gereedschap.
Klik op de knop Instellingen om het dialoogvenster ‘Plaatinstellingen’ te openen en de standaardinstellingen voor het gereedschap aan te passen (zie Instellingen afvloeiing plaat). Sommige van deze parameters kan je nadien wijzigen tijdens het bewerken van de afvloeiing van de plaat (zie Afvloeiingselementen van platen bewerken).
Selecteer de methode.
Wanneer je met de cursor over de plaat beweegt, verschijnen er speciale grijppunten. Aan de hand hiervan kan je afvoerpunten met een gelijke hoogte makkelijker plaatsen. Je hoeft het afvoerpunt niet perse op een grijppunt te plaatsen, maar als je dit doet voor een plaat zonder bestaande afvoerpunten, zullen de gevormde killen een gelijke hoogte hebben (ten minste voor de randen die vanuit de aangeduide hoeken vertrekken).
Om een gelijke hoogte langs de volledige rand te bekomen, is het belangrijk dat de helling van de plaat in een gelijke hoek staat ten opzichte van de volledige lengte van die rand. Indien de helling van een plaat verandert, moet deze verandering plaatsvinden in de hoek tussen de randen, zodat twee aangrenzende randen een gelijke hoogte krijgen en een kil ontstaat. De hoogte van de plaatrand wordt bepaald door de globale geometrie van de plaat en de afvloeiing, en kan dus niet rechtstreeks bewerkt worden met behulp van het gereedschap Afvloeiing plaat.
Klik op de geselecteerde plaat om een afvoerpunt te plaatsen.
Het afvoerpunt wordt aan de plaat toegevoegd samen met de daaraan verbonden killen in de vier diagonale richtingen. Killen zijn steeds diagonaal georiënteerd, zelfs in een geroteerd planaanzicht. Automatisch gecreëerde afschotaanduidingen geven de richting en hoek van de helling aan.
Bij platen met een hellende component wordt de hoogte van het afvoerpunt bepaald in verhouding tot de top van de hellende component. Bij platen met een volledig hellend oppervlak wordt de hoogte van het afvoerpunt bepaald in verhouding tot de hoogte van het basisvlak van de plaat. Zie onder Instellingen platen hoe je aangeeft of de helling betrekking heeft op een bepaalde plaatcomponent of op het volledige oppervlak van de plaat.
Het kan gebeuren dat een afvoerpunt zo geplaatst is dat geen enkel oppervlak naar dit punt afloopt. Dit merk je wanneer de geometrie van de plaat ongewijzigd blijft na het plaatsen van het afvoerpunt. Hiervoor is geen andere indicatie.
Heb je niet gevonden wat je zocht? Stel je vraag aan Dex, onze virtuele assistent.