LandmarkInstellingen plant

Door gebruik te maken van objectstijlen kan je planten creëren met een combinatie van parameters "volgens stijl” en “volgens invoeging”. Stijlparameters krijgen een vaste waarde op basis van de gekozen stijl; invoegparameters kunnen voor elk exemplaar in de tekening afzonderlijk worden ingesteld; zie Concept: Objectstijlen voor parametrische objecten en Objectstijlen creëren.

Als de plantinformatie uit de plantcatalogus of plantdatabase werd gehaald, worden deze waarden weergegeven. De waarden en opties die je in de dialoogvensters ‘Plantstijl’ of ‘Instellingen planten’ instelt, worden de nieuwe standaard voor plantobjecten.

De inhoud van de dialoogvensters ‘Instellingen planten’ en ‘Bewerk plantstijl’ zijn identiek, op de parameters voor het selecteren en creëren van een stijl na.

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Gebruik stijl

(Dialoogvenster ‘Instellingen plant’ - geopend via de Methodebalk en het Infopalet)

Selecteer een stijl via de Hulpbronnenkiezer.

Dupliceer stijl

(Dialoogvenster ‘Instellingen plant’ - geopend via de Methodebalk en het Infopalet)

Hiermee open je het dialoogvenster ‘Bewerk plantstijl’ om een nieuwe stijl te creëren op basis van de stijl van de geselecteerde plant.

Naam plantstijl

(dialoogvenster ‘Bewerk plantstijl’)

Dit is de naam zoals gedefinieerd in het veld Samenstelling naam. Deze naam wordt ook weergegeven in het Hulpbronnenbeheer en op het Infopalet.

Samenstelling naam

(dialoogvenster ‘Bewerk plantstijl’)

Geef een naam op voor de plantstijl en selecteer indien gewenst een prefix en/of suffix om aan de naam toe te voegen. Om een nieuwe plantstijl te creëren, geef je een nieuwe naam in. Om de huidige plantstijl te bewerken, laat je de naam onveranderd.

Voorvertoning

De dynamische voorvertoning laat telkens het resultaat van je aanpassing zien.

2D-voorvertoning

Deze voorvertoning geeft het 2D-gedeelte van het plantsymbool weer.

3D-voorvertoning

Deze voorvertoning geeft het 3D-gedeelte van het plantsymbool weer, indien deze werd toegevoegd aan het plantsymbool (beeldobjecten, bijvoorbeeld de reeks van xFrog, kunnen gebruikt worden als 3D-inhoud van een plantobject).

Instellingen plant: Catgorieën Plantensoort en Plantgegevens

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Plantensoort

Botanische naam

Geef de geslacht- en soortnaam op van de plant (ook wel bekend als de "wetenschappelijke naam").

Nederlandse naam

Geef de Nederlandstalige naam van de plant op.

Plantcatalogus

(Alleen dialoogvenster ‘Bewerk plantstijl’)

Afhankelijk van de gekozen bron voor plantgegevens (zie De bron van plantgegevens selecteren) zullen de plantgegevens worden gelinkt aan planten uit de plantcatalogi of planten uit de plantdatabase.

Als je plantcatalogi als bron koos, wordt het dialoogvenster ‘Selecteer plantgegevens’ geopend. Selecteer de gewenste plant uit de lijst. De plantgegevens worden uit de catalogus geïmporteerd. Zie Plantcatalogi gebruiken voor meer informatie.

Als je de plantdatabase als bron koos, wordt de plantdatabase geopend indien deze nog niet open stond (dit kan enkele seconden duren). U krijgt een melding dat Vectorworks wacht tot je uit de plantdatabase gegevens selecteert voor de plantstijl. Als je zich op dit moment bedenkt en de plantgegevens voor de plantstijl toch niet uit de plantdatabase wilt halen, klikt dan op Annuleer gegevensophaling. Selecteer het record van een plant uit de plantdatabase zoals beschreven in Plantgegevens zoeken. Wanneer je de gewenste plant gevonden heeft, selecteer je het commando Vectorworks > Gebruik het actieve record in de database. Hierdoor link je de plantgegevens met de plantstijl.

Zodra de link is gecreëerd (ongeacht via welke weg) worden de gegevens uit de catalogus of database ingevoerd in de overeenkomstige velden van de plantstijl, indien opgegeven toen de bron voor de plantgegevens werd geselecteerd.

Gegevens

ID

Het ID is een unieke code die in de plantenlijst en eventueel op ID-labels verschijnt (zie Plant ID-codes voor een overzicht van de meest gebruikte codes).

Afmeting aan basis

Geef de grootte van de plant op. Deze waarde verschijnt ook op het rekenblad ‘Plantenlijst’ (dat je bereikt via het menu Extra > Rapporten > Importeer standaardrapport).

Som

Selecteer de waarde die deze parameter voorstelt, hoofdzakelijk met de bedoeling om de kostprijs per aantal of per oppervlakte te berekenen.

Je kan deze waarde baseren op het aantal planten, de dekking per plant of de totale oppervlakte:

Aantal planten: Telt het aantal planten binnen een plantengroep

Dekking per plant: De som is de oppervlakte die een individuele plant bestrijkt (berekend op basis van de polygoon die elke plant omlijnt). De gebruikt eenheid is de eenheid opgegeven bij de documentinstellingen.

Totale oppervlakte: De som is de totale oppervlakte die de plantengroep bestrijkt (berekend op basis van de polygoon die de volledige zone omlijnt). De gebruikt eenheid is de eenheid opgegeven bij de documentinstellingen.

Productcode (SKU)

Hier kan je voor je bestellingen de productcode van je leverancier voor deze plant opgeven. SKU staat voor Stock Keeping Unit (voorraadeenheid).

Eenheidsprijs

Geef hier de eenheidsprijs op die je leverancier aanrekent voor deze plant.

Opmerkingen

Geef eventueel standaard extra opmerkingen in over de plant.

Instellingen plant: Catgorieën Lettergrootte en Regelafstand

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Grootte

Dekking

Geef de standaard dekkingsfactor van de plant op (de maximale breedte van de volwassen plant, zoals getekend) voor zowel een enkelvoudige als een meervoudige plaatsing.

Hoogte

Geef de standaard hoogte van de volwassen plant op bij plaatsing.

Haagrijen

Het aantal haagrijen dat gecreëerd moet worden wanneer je de methode Haag gebruikt in de Methodebalk.

Haag [methode]

Selecteer de organisatie van de haagrijen wanneer de methode Haag is ingeschakeld.

Opties voor Onderlinge afstand en Series

Methode onderlinge afstand

Geef de standaard onderlinge afstand tussen de planten voor de plaatsingmethodes D.m.v. controlepunten, D.m.v. polygoon, D.m.v. vierkantige serie en D.m.v. driehoekige serie. Kies voor Op basis van spreiding of Op basis van percentage, of geef een afstand Op maat op.

Onderlinge afstand

Geef een waarde op voor de horizontale afstand tussen planten (Onderlinge afstand) en voor de afstand tussen rijen planten (Afstand tussen rijen).

Vaste afstand: Selecteer deze optie om planten in te voegen volgens de opgegeven afstand.

Optimaal passend: Selecteer deze optie om een plant te plaatsen aan het begin en aan het einde van de lijn of serie. De overige planten worden vervolgens gelijkmatig verdeeld tussen deze planten, gebruikmakende van de opgegeven afstand.

Aantal planten: Selecteer deze optie om het opgegeven aantal planten gelijkmatig te verdelen langs de lijn of binnen de serie.

Gelijk aan onderlinge afstand: Afstand tussen rijen gelijk aan de Onderlinge afstand.

Spreiding

(d.m.v. vierkante en driehoekige serie)

Bereken de onderlinge afstand tussen de planten (in series) op basis van het beplantbaar gebied. Geef een waarde op voor de spreiding:

Planten per vierkante eenheid: Voeg planten in volgens de opgegeven spreiding. De te gebruiken eenheid bepaalt u bij de documentinstellingen.

Eenheid op middelpunt: Plaats planten van middelpunt tot middelpunt, volgens de eenheid geselecteerd in de documentinstellingen.

Aandeel

Bereken de onderlinge afstand van de planten op basis van de beschikbare ruimte en de Dekking en plaats de planten volgens het opgegeven Percentage. Een waarde van 100% betekent een volledig bereik, waarbij de planten geplaatst worden volgens hun Dekking.

Instellingen Plant: Categorie Afwerkingsopties

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Methode

(Alleen in dialoogvenster ‘Instellingen plant’)

Kies volgens welke methode je de plant wilt invoegen.

Neem op in plantenlijst

Vink deze optie aan om de plant op te nemen in het rekenblad ‘Plantenlijst’.

Instellingen Plant: Categorie Aanduidingen

Het plantsymbool, dat bepaald wordt door de plantstijl, kan makkelijk worden gecreëerd op basis van: een bestaand plantsymbool, een ander symbool, een automatisch aangemaakt 3D-symbool of een afbeelding.

Plantsymbolen kunnen getekend worden op basis van 2D- en eventueel 3D-tekenobjecten, inclusief xFrog plant afbeeldingen, beeldobjecten en Laubwerk planten. Zodra de plant geplaatst is, kan je de symboolcomponenten bewerken zoals gewenst (zie Symbooldefinities bewerken).

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Bewerk huidige weergave

Klik op deze knop om de De objectbewerkmodus te activeren zodat je de 2D- of 3D-weergave van het plantsymbool kunt bewerken. Het dialoogvenster ‘Bewerk plantstijl’ wordt gesloten..

Klik met rechts op een plantobject dat die stijl gebruikt en selecteer het commando Bewerk in het contextmenu. Selecteer vervolgens de optie 2D-gedeelte of 3D-gedeelte. Door de plantkenmerken van een plantobject in de tekening te bewerken, wordt de plantstijl automatisch aangepast, net als alle planten die die stijl gebruiken.

Laubwerk geometrie

Hiermee wordt het dialoogvenster Laubwerk plantcatalogus geopend om een Laubwerk plant te selecteren en de weergave- en seizoensinstellingen te bepalen. Zie 3D-planten van Laubwerk toevoegen.

Kopieer van symbool

Klik op deze knop om de geometrie van een symbool in het document of uit een bibliotheek over te nemen.

Het dialoogvenster ‘Kopieer van symbool’ wordt geopend.

Klik op de Hulpbronnenkiezer. Geef een waarde op voor de Diameter en voor 3D-symbolen ook de Hoogte.

Genereer

Klik op deze knop wanneer de 3D-weergave van de plant niet aan je wensen voldoet en je een andere 3D-plantgeometrie wilt genereren op basis van een afbeelding (zie ). Weergave op basis van een vorm

Op basis van afbeelding

Klik op deze knop wanneer de 3D-weergave van de plant niet aan je wensen voldoet en je een andere 3D-plantgeometrie wilt genereren op basis van een afbeelding.

Het dialoogvenster ‘Creëer op basis van afbeelding’ wordt geopend.

Klik op de Hulpbronnenkiezer. Dubbelklik vervolgens op een hulpbron om deze te activeren. Geef de diameter en de hoogte op van het beeldobject dat binnen de 3D-plantgeometrie gecreëerd wordt.

Weergave op basis van een vorm

Wanneer je een plantgeometrie genereert op basis van een ander symbool, kan het zijn dat de 3D-weergave niet beschikbaar of niet geschikt is voor de nieuwe plant. Daarom is het ook mogelijk om een automatische 3D-geometrie te laten genereren en op die manier een geschikte voorstelling te creëren voor de plantstijl in 3D-weergave.

Generate3D.png

Ga in het dialoogvenster ‘Instellingen plant’ naar de categorie Visualisatie, klik op Genereer. Het dialoogvenster ‘Genereer 3D-plantgeometrie’ wordt geopend.

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Description

Voorvertoning

De voorvertoning van de 3D-geometrie die zal worden gegenereerd. Selecteer een Aanzicht voor de voorvertoning.

Parameters

Vorm kruin

Selecteer een algemene vorm voor de kruin van de boom; de dynamische voorvertoning geeft de vorm weer.

Diameter kruin

De diameter van de kruin op zijn breedste punt.

Hoogte eerste tak

Het punt waar de stam eindigt en de kruin begint.

Hoogte kruin

De hoogte van de kruin, zonder de stam.

Totale hoogte

De totale hoogte van de zowel de kruin als de stam.

Instellingen Plant: Categorie Weergave

In de voorkeuren van het document kan je de schaduwinstellingen van alle planten en gebouwen regelen, om zo een uniform uitzicht te bekomen doorheen het ganse document (zie Documentvoorkeuren: tabblad Schaduwen in 2D/Plan), maar deze documentvoorkeuren kunnen overschreven worden voor individuele plantobjecten of plantstijlen. De weergave van omtrek, de overlapping en de schaduw kan je dan ook voor alle planten in- of uitschakelen door Weergave > Toon/Verberg > Toon/Verberg details te selecteren.

De groepering, omtrek en schaduweffecten zijn enkel te zien in 2D/Planaanzicht. De schaduweffecten worden niet weergegeven wanneer planten in rekenbladen worden afgebeeld.

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Effecten planaanzicht

Type polygoon

Wanneer je meerdere planten samen invoegt, kan je hier het type polygoon kiezen dat de vorm van de cluster bepaalt.

Omtrek

Selecteer de manier waarop je de omtrek van overlappende planten wilt weergeven.

Outlines.png

De lijnkenmerken voor de omtrek van de geselecteerde planten kan je aanpassen in het Kenmerkenpalet.

Groepeer overlappende objecten

Er verschijnt een ononderbroken omtreklijn rond de overlappende planten en details van de planten worden niet weergegeven. Deze instelling kan ervoor zorgen dat de plant wordt weergegeven zonder vulkleur omdat het 2D-uitzicht van de groep wordt bepaald door de achterste polygoon. Een alternatieve manier om plantendetails te verbergen is om de klassen van de plantonderdelen te gebruiken om de zichtbaarheid van de elementen binnen de plant te bepalen.

Houd rekening met de volgende punten bij het gebruiken van deze instelling:

Open zones in de achtergrond van een plantstijl kunnen niet gevuld worden.

Planten die bitmap-afbeeldingen bevatten, kunnen elkaar niet overlappen.

Hagen vullen enkel wanneer ze ingevoegd worden met de methode D.m.v. polygoon

Toon schaduw

Vink deze optie aan om te bepalen hoe de schaduwen van de planten worden weergegeven in 2D/Planaanzicht. Selecteer of je de schaduwinstellingen uit de documentvoorkeuren of instellingen op maat wilt gebruiken. Klik op de overeenkomstige knop om de instellingen te bevestigen of aan te passen; zie Documentvoorkeuren: tabblad Schaduwen in 2D/Plan of Schaduwinstellingen planten.

Type middelpunt

Stijl

Selecteer het type aanduiding voor het middelpunt van de plant.

Groottenaanduiding

Geef de grootte op voor de aanduiding van het middelpunt van de plant.

Klasse aanduiding

Ken een klasse toe om de kenmerken en de zichtbaarheid van de middelpuntaanduidingen te bepalen. Selecteer een klasse uit de lijst met klassen die aanwezig zijn in de tekening of creëer een nieuwe klasse. Selecteer <Klasse van de plant> om de middelpuntaanduidingen aan dezelfde klasse toe te kennen als de plant.

Rotatie en variatie

Rotatie plant

Wanneer je meerdere planten samen invoegt, kan je de planten horizontaal roteren, volgens de lijn van de polygoon of willekeurig (voor een realistischere weergave).

Variërende plantdiameter

Kies om alle planten even groot te maken of om de diameter willekeurig te laten variëren volgens een bepaald percentage.

Plant_random.png

Variërende planthoogte

Kies om alle planten even hoog te maken of om de hoogte willekeurig te laten variëren volgens een bepaald percentage.

Vary_height.png

Instellingen Plant: Categorie Afwerkingsopties

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Wortelkluit

De wortelkluit is het hoofddeel van het wortelstelsel van de plant.

Toon

Selecteer in welke weergave de wortelkluit zichtbaar moet zijn.

Enkel 2D

Enkel 3D

2D en 3D

Om de wortelkluit nooit te tonen in de tekening selecteer je Geen.

Vorm

Selecteer de 3D-vorm van de wortelkluit.

Grootte

Selecteer de grootte van de wortelkluit. De beschikbare waarden hangen af van de geselecteerde Vorm.

Om afmetingen op maat toe te voegen, te bewerken of te verwijderen: zie Afmetingen op maat voor wortelkluit toevoegen, bewerken of verwijderen.

Klasse

Gebruik klassen om de weergave en de zichtbaarheid van de items te regelen. Selecteer een klasse uit de lijst met klassen aanwezig in de tekening of creëer een nieuwe klasse. Selecteer de optie <Klasse van de plant> om de wortelkluit in dezelfde klasse als de plant te plaatsen.

Bepaal de kenmerken via klasse

Vink deze optie aan om alle 2D-kenmerken voor de wortelkluit via klasse te bepalen.

Als je deze functie gebruikt, zijn de parameters Lijntype en Lijnkleur niet bewerkbaar.

Lijntype

Selecteer het type lijn waarmee je de wortelkluit wilt weergeven.

Lijnkleur

Selecteer de lijnkleur voor de wortelkluit.

Plantgat

Het plantgat is de put die moet worden gegraven om de wortelkluit te planten.

Toon

Selecteer in welke weergave het plantgat zichtbaar moet zijn.

Enkel 2D

Enkel 3D

2D en 3D

Om het plantgat nooit te tonen, selecteer je Geen.

Vorm

Selecteer de 3D vorm van het plantgat

Diepte

Selecteer de diepte voor het plantgat.

Om een diepte op maat op te geven, selecteer je de optie 'Op maat’ en voer je een Waarde in.

Waarde

Dit is de (berekende) waarde voor de Diepte van het plantgat.

Diameter (rond)

Selecteer de diameter voor het plantgat.

Om een diameter op maat op te geven, selecteer je de optie 'Op maat’ en voer je een Waarde in.

Zorg dat de diameter groot genoeg is voor de wortelkluit.

Zijde (rechthoekig)

Specificeer de zijde afmeting van de rechthoekige vorm.

Om afmetingen op maat toe te voegen, te bewerken of te verwijderen, en om niet-verticale zijden en uitgraafcomponenten te bepalen, zie Afmetingen op maat voor wortelkluit toevoegen, bewerken of verwijderen.

Waarde

Dit is de (berekende) waarde voor de Diameter van het plantgat./ zijden

Klasse

Gebruik klassen om de weergave en de zichtbaarheid van de items te regelen. Selecteer een klasse uit de lijst met klassen aanwezig in de tekening of creëer een nieuwe klasse. Selecteer de optie <Klasse van de plant> om het plantgat in dezelfde klasse als de plant te plaatsen.

Bepaal de kenmerken via klasse

Vink deze optie aan om alle 2D-kenmerken voor het plantgat via klasse te bepalen.

Als je deze functie gebruikt, zijn de parameters Lijntype en Lijnkleur niet bewerkbaar.

Lijntype

Selecteer het type lijn waarmee je het plantgat wilt weergeven.

Lijnkleur

Selecteer de lijnkleur voor het plantgat.

Afmetingen op maat voor wortelkluit toevoegen, bewerken of verwijderen

Om afmetingen op maat voor de wortelkluit toe toevoegen, bewerken of te verwijderen.

Ga naar het tabblad Wortelkluit en selecteer een Vorm voor de wortelkluit. De geselecteerde Vorm bepaalt welke waarden in de keuzelijst Grootte beschikbaar zijn.

De Container en de Draadkluit vorm maken een geflensde kluit mogelijk, met verschillende diameters aan de boven- en onderkant van de vorm.

Selecteer de optie Bewerk items op maat in de keuzelijst Grootte.

Het dialoogvenster ‘Bewerk items op maat’ wordt geopend.

Volg een van onderstaande werkwijzen:

Om een item toe te voegen, klik je op Voeg toe; het dialoogvenster ‘Afmetingen op maat toevoegen’ wordt geopend. Geef een Naam en afmetingen op. De naam van het berekend volume wordt onder dit veld weergegeven. Klik op OK. Het item wordt toegevoegd aan het dialoogvenster ‘Bewerk items op maat’.

Om een item te bewerken, selecteer het item en klik op Bewerk. Het dialoogvenster ‘Afmetingen op maat toevoegen’ wordt geopend. Bewerk de Naam en/of één of meer afmetingen. De naam van de berekend volume wordt onder dit veld weergegeven. Klik op OK. Het bewerkte item wordt weergegeven in het dialoogvenster ‘Bewerk items op maat’.

Om een item te verwijderen, selecteer je het item en klik je op Verwijder.

Klik op OK.

Als je een item toevoegde of bewerkte, wordt het item weergegeven in keuzelijst Grootte. Als je een item verwijderde, wordt het item uit de keuzelijst Grootte gewist.

Afmetingen op maat voor wortelkluit toevoegen, bewerken of verwijderen

Rechthoekige uitgravingen maken een geflensde uitgraving mogelijk, met verschillende diameters aan de boven- en onderkant van de vorm. Je kan ook de opvulcomponenten bepalen voor een rechthoekig plantgat.

Om afmetingen op maat voor het plantgat toe toevoegen, bewerken of te verwijderen.

Ga naar het tabblad Plantgat en selecteer een rechthoekige Vorm voor het plantgat.

Bepaal de Diepte.

Selecteer Bewerk items op maat voor de Zijde afmeting.

Het dialoogvenster ‘Bewerk items op maat’ wordt geopend.

Volg een van onderstaande werkwijzen:

Om een item toe te voegen, klik je op Voeg toe; het dialoogvenster ‘Afmetingen op maat toevoegen’ wordt geopend. Geef een naam op.. Voer twee van de afmetingen in om automatisch de derde afmeting te berekenen (met de rekenmachine naast de knop); de dynamische voorvertoning toont de afmetingen die moeten worden ingevoerd. Het berekende volume wordt weergegeven. Klik op OK. Het item wordt toegevoegd aan het dialoogvenster ‘Bewerk items op maat’.

Om een item te bewerken, selecteer het item en klik op Bewerk. Het dialoogvenster ‘Afmetingen op maat toevoegen’ wordt geopend. Bewerk de Naam en/of één of meer afmetingen. Het berekend Volume wordt weergegeven. Klik op OK. Het bewerkte item wordt weergegeven in het dialoogvenster ‘Bewerk items op maat’.

Om een item te verwijderen, selecteer je het item en klik je op Verwijder.

Specificeer tijdens het toevoegen of bewerken van een afmeting op maat de opvulcomponenten voor het plantgat door te klikken op Bewerk componenten.

Het dialoogvenster ‘Plantgat vulling componenten’ wordt geopend.

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Voorvertoning

Hier vind je een visuele weergave van de dakconstructie, inclusief eventuele dakcomponenten. De bovenste lijn van de voorvertoning stelt de bovenkant van de plaat voor in de tekening.

Totale dikte

Dit is de dikte van de opvulling, deze wordt bepaald door de dikte van de componenten. Opvulling heeft standaard altijd één component, ingesteld op de diepte van het plantgat.

Opvulling componenten lijst

Toont de opvulcomponenten in volgorde van boven naar beneden; klik op een Naam, Beschrijving of Dikte om deze te bewerken. De totale dikte van de componenten moet gelijk zijn aan de Diepte.

Nieuw

Klik hier om een Component aan de lijst toe te voegen.

Roteer - dupliceer

Klik op deze knop om een of meer geselecteerde landschapscomponenten te dupliceren. De duplicaten worden onmiddellijk onder de geselecteerde originele componenten in de lijst toegevoegd.

Verwijder

Verwijdert een of meer geselecteerde componenten

Klik op OK.

Als je een item toevoegde of bewerkte, wordt het item weergegeven in keuzelijst Grootte. Als je een item verwijderde, wordt het item uit de keuzelijst Grootte gewist.

Instellingen Plant: Categorie Tag/Label

Het gereedschap Gegevenslabel biedt meer flexibele opties voor het labelen van planten; zie Gegevenslabels toevoegen.

Om een plantenlabel op maat te creëren met de opties binnen het Plantgereedschap, zie Een label op maat maken. Na het creëren van een label kunt de weergave ervan op verschillende manieren aanpassen: via het Infopalet, de klasse-instellingen van het label en de controlepunten op de tekening (zie Labels van planten bewerken).

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Weergave

Selecteer of je het label rechts of links van de aanduidingslijn of in het midden van de plant of plantengroep wilt weergeven. Je kan ook beslissen om geen label in te voegen.

Merk op: een label in het midden van een plant of plantengroep heeft geen schouder of aanduidingslijn; stel eventueel de X/Y-afstand in voor deze labels.

Klasse aanduiding

Ken een klasse toe om de weergave en zichtbaarheid regelen. Kies uit de lijst met beschikbare klassen in de tekening of creëer een nieuwe klasse.

Hoek aanduidingslijn

Geef de hoek op waaronder je de aanduidingslijn wilt plaatsen. Geef een waarde op tussen 0 en 360°. Geef voor verschillende planten in je tekening eenzelfde hoek op om de aanduidingslijnen parallel te laten lopen. Zo kan je een uniforme presentatie geven aan je beplantingsontwerp (zie Aanduidingslijnen uitlijnen en verdelen).

Hoek tekst

Geef een waarde op tussen 0° en 360°. Indien de optie 'Aanduidingslijn met schouder' ingeschakeld is, zullen de schouder en tekst onder de opgegeven hoek worden geplaatst. Bij een hoek tussen 90° en 270° komt het label links van de aanduidingslijn te liggen. Bij een hoek die kleiner is dan 90° of groter dan 270° komt het label rechts van de aanduidingslijn te liggen. Geef voor de verschillende planten in je tekening eenzelfde hoek op om de schouderlijnen en tekst parallel te laten lopen en zo je beplantingsontwerp uniform te presenteren.

Vorm

Selecteer de vorm van het label en welke informatie het moet dragen.

Plants103300.png

Tekst boven/midden/onder

In deze keuzelijsten vind je alle labels op maat die in de tekening aanwezig zijn, alsook alle voorgedefinieerde recordveldcombinaties voor labels. Kies per tekstniveau welke informatie je wilt weergeven (en in welke volgorde). Voor het middelste niveau kan je bovendien de optie ‘Doorlopende aanduidingslijn’ selecteren om de schouder door te laten lopen als een scheidingslijn tussen de boven- en de onderkant van de labelinformatie. OF: Selecteer de optie Op maat om een plantenlabel op maat te creëren (zie Een label op maat maken).

Met schouder

Vink deze optie aan als je de aanduidingslijn met een knikpunt wilt tekenen. Pas de hoek aan voor het schouderpunt via het controlepunt van de schouder of door het veld Hoek tekst in te vullen.

Plaats op middelpunt plant

Vink deze optie aan om de aanduidingslijn te laten eindigen in het centrum van de plant. Vink deze optie uit om het eindpunt handmatig te plaatsen.

Pijlpunt aanduidingslijn

Vink deze optie aan als je een aanduidingslijn met een pijlpunt wilt tekenen. Bepaal hoe de pijlpunt er uit ziet aan de hand van de klasse van het label (zie Eigenschappen van klassen bewerken)).

Grootte afb. in label

Geef de grootte op van de afbeeldingen in een label op maat.

Instellingen plant: Categorie Meer Plantgegevens

Parameters die niet bij een van de categorieën in het dialoogvenster horen, zijn gegroepeerd in de categorie Extra.

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

Lijst met zichtbare velden

Lijst met plantinformatie; de lijst kan voor elke plant afzonderlijk worden aangepast.

Zichtbare velden

Hiermee open je het dialoogvenster ‘Zichtbare velden’. Klik in de kolom Toon om een vinkje te plaatsen naast velden die in de lijst voor deze plant moeten verschijnen.

Plantcatalogus

(Alleen dialoogvenster ‘Bewerk plantstijl’)

Afhankelijk van de gekozen bron voor plantgegevens (zie De bron van plantgegevens selecteren) zullen de plantgegevens worden gelinkt aan planten uit de plantcatalogi of planten uit de plantdatabase.

Als je plantcatalogi als bron koos, wordt het dialoogvenster ‘Selecteer plantgegevens’ geopend. Selecteer de gewenste plant uit de lijst. De plantgegevens worden uit de catalogus geïmporteerd. Zie Plantcatalogi gebruiken voor meer informatie.

Als je de plantdatabase als bron koos, wordt de plantdatabase geopend indien deze nog niet open stond (dit kan enkele seconden duren). U krijgt een melding dat Vectorworks wacht tot je uit de plantdatabase gegevens selecteert voor de plantstijl. Als je zich op dit moment bedenkt en de plantgegevens voor de plantstijl toch niet uit de plantdatabase wilt halen, klikt dan op Annuleer gegevensophaling. Selecteer het record van een plant uit de plantdatabase zoals beschreven in Plantgegevens zoeken. Wanneer je de gewenste plant gevonden heeft, selecteer je het commando Vectorworks > Gebruik het actieve record in de database. Hierdoor link je de plantgegevens met de plantstijl.

Zodra de link is gecreëerd (ongeacht via welke weg) worden de gegevens uit de catalogus of database ingevoerd in de overeenkomstige velden van de plantstijl, indien opgegeven toen de bron voor de plantgegevens werd geselecteerd.

Veld

Klik op een item in de lijst om de Waarde weer te geven; klik op Bewerk om de waarde te wijzigen

Zoals beschreven in Concept: De plantstijl en plantgegevens linken, als de optie Plantcatalogus bijwerken op basis van plantstijlen of Plantdatabase bijwerken op basis van plantstijlen geselecteerd is in het dialoogvenster Selecteer bron plantgegevens, wordt de gekoppelde plantcatalogus (of plantdatabase) automatisch bijgewerkt wanneer er wijzigingen gemaakt worden in de categorie Meer gegevens.

Als je plantgegevens gebruikt uit een Vectorworks versie ouder dan 2018 kan de synchronisatie van afbeeldingen tussen de plantstijl en de plantgegevens niet doorgaaan, zelfs niet bij gebruik van de Migratie-assistent tijdens de versie-update. Dit komt doordat de oudere plantgegevens de nieuwe functionaliteit niet ondersteunen. Om dit probleem op te lossen, kan je de records van de plantgegevens exporteren met het databasecommando Bestand > Records exporteren. Exporteer de records vervolgens terug in de plantgegevens met het databasecommando Bestand > Records importeren.

Afbeeldingen aan de plantstijl toevoegen

Je kan tot vier plantafbeeldingen selecteren in de categorie Extra. Bovendien is het mogelijk om deze afbeeldingen te synchroniseren met de afbeeldingen in de plantcatalogus of plantdatabase (zie De plantcatalogi openen of Plantrecords bewerken). Het vierde type afbeelding (Afbeelding op maat) is niet standaard opgenomen in de plantgegevens en biedt zo de mogelijkheid om een bijkomende afbeelding toe te voegen aan de plantstijl.

Naast de afbeeldingen van de plantcatalogus of plantdatabase, kan je via de categorie Extra ook afbeeldingen vanop andere locaties gebruiken. Importeer externe afbeeldingsbestanden of creëer/selecteer een geschikte afbeeldingshulpbron via de Hulpbronnenkiezer als alternatief voor de afbeeldingen uit de plantstijl of de plantcatalogus/plantdatabase.

Om een afbeelding toe te voegen:

Scrol naar onder in de lijst met velden. Hier vind je de velden Afbeelding vorm, Afbeelding detail, Afbeelding andere en Afbeelding op maat.

Door op een van deze velden te klikken, wordt de knop Selecteer afbeelding actief en kan je de afbeelding instellen voor het label.

Het dialoogvenster ‘Selecteer afbeelding plantstijl’ wordt geopend. Duid aan vanop welke locatie je een afbeelding wilt selecteren.

Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.

Veld

Omschrijving

2D-voorvertoning

Selecteer deze optie om de 2D-voorvertoning te gebruiken als afbeelding voor de plantstijl.

Dit is vooral handig bij het opstellen van een legende.

3D-voorvertoning

Selecteer deze optie om de 3D-voorvertoning te gebruiken als afbeelding voor de plantstijl.

Extern bestand

Selecteer deze optie om een extern bestand te gebruiken als afbeelding. Klik op Bladeren om het te importeren bestand te kiezen.

Afbeeldingshulpbron

Selecteer deze optie om een afbeeldingshulpbron te gebruiken. Dubbelklik in de Hulpbronnenkiezer op de hulpbron die je wilt gebruiken.

Plantgegevens

Selecteer deze optie om de afbeelding uit het overeenkomstige veld van de plantcatalogus of plantdatabase te gebruiken.

Afbeelding verwijderen.

Selecteer deze optie om de ingestelde afbeelding van de plant te verwijderen. Bijgevolg verschijnt in de kolom ‘Waarde’ van de categorie Extra de tekst <geen>. Indien je een plantenlabel op maat definieerde, zal hierin geen afbeelding voor dit veld worden weergegeven. Wanneer je de plantstijl bijwerkt, zal de afbeelding ook uit de gelinkte plantcatalogus of plantdatabase worden verwijderd.

Wanneer je voor een van de velden een afbeelding instelt, verschijnt in de kolom ‘Waarde’ de tekst <Afbeelding>. Doordat de plantafbeeldingen gesynchroniseerd worden met de plantcatalogus of plantdatabase, zal de instelling voor de afbeelding nadien veranderen naar Plantgegevens, ongeacht welke optie je oorspronkelijk selecteerde. Importeerde je bijvoorbeeld een extern bestand voor het veld ‘Afbeelding detail’, dan zal deze afbeelding overgenomen worden in het gelijknamige afbeeldingsvak van de plantcatalogus of plantdatabase. Hierna verandert de instelling in het dialoogvenster ‘Selecteer afbeelding plantgegevens’ automatisch naar de optie Plantgegevens aangezien de afbeelding nu afkomstig is uit de plantcatalogus of plantdatabase.

Wil je niet dat er een synchronisatie plaatsvindt tussen de gelinkte plantcatalogus/plantdatabase en plantstijl, vink dan een van de volgende opties uit: Plantcatalogus bijwerken op basis van plantstijlen of Plantgegevens bijwerken op basis van plantstijlen (zie De bron van plantgegevens selecteren).

Je kan deze afbeeldingen in je tekening weergegeven via plantenlabels op maat (zie Een label op maat maken) of je kan ze toevoegen aan rekenbladen (zie Afbeeldingen invoegen in de cellen van een rekenblad).

Planten toevoegen aan het ontwerp

Planten bewerken

Plantstijlen creëren

Vectorworks plantgegevens

Beplanting

Plantengroepen degroeperen

Heb je niet gevonden wat je zocht? Stel je vraag aan Dex, onze virtuele assistent.